april 2010

Eigen bloed altijd goed?

Een vouw van 54 jaar ondergaat een ‘totale knie’ (waarbij het kniegewricht wordt vervangen door een prothese), een operatie waarbij er zoveel bloedverlies verwacht wordt dat bloedbesparende techniek in de vorm van postoperatieve niet-machinale autotransfusie (toediening drainbloed) regelmatig wordt toegepast.

Op de recovery wordt het eerste opvangzakje niet goed op de drain aangesloten, waardoor de eerste 100cc drainbloed weggegooid moet worden. Bij reïnfusie van het tweede zakje drainbloed krijgt de patiënt een half uur na start toediening (na 550 cc) een koude rilling, pijn in de rug/lendenstreek, dyspnoe met een saturatiedaling tot 84%, een tensiedaling, waarbij de tensie onmeetbaar is (over de enkel 70/40). De patiënte is naar de IC vervoerd en behandeld onder de diagnose anafylactische shock met adrenaline per pomp, clemastine, prednison en zuurstoftoediening. Er is geen X-thorax gemaakt. Na een aantal uren is patiënte restloos genezen.

Bloedkweken van de patiënte en kweken van het drainbloed bleven negatief. Het drainbloed werd op het laboratorium na centrifugeren beschreven als erg vies met een zeer vette laag erop en bovenstaande vloeistof was hemolytisch. Er zijn behoudens kweken en controle van de bloedgroep/screening geen andere laboratorium bepalingen op het drainbloed gedaan. Ureum en kreatinine lieten geen stijging zien na deze reactie.

De patiënte was bekend met een allergie voor bruine pleister, aardbeien en kleefstoffen. Als medicatie kreeg zij postoperatief esomeprazol, diclofenac en paracetamol oraal tevens metoclopramide en morfine intramusculair. Eerder had patiënte diclofenac gebruikt zonder problemen.

Er is een melding gedaan aan TRIP: anafylactische reactie, ernstgraad 2, imputabiliteit mogelijk. De melder geeft aan dat er als oorzaak van deze anafylactische shock gedacht wordt aan diclofenac of mogelijk de weekmakers van de drain. Ook bij esomeprazol wordt een anafylactische reactie als bijwerking beschreven. De melder zelf geeft aan dat de tijdsrelatie met de toediening van het drainbloed belangrijk lijkt.

Is dit een incidenteel geval? Nee, in hetzelfde meldjaar en in hetzelfde ziekenhuis wordt nogmaals een anafylactische reactie tijdens toediening van drainbloed waargenomen. Het tweede geval betreft een 80-jarige patiënte, niet bekend met allergie, die na toediening van 350 ml drainbloed ernstige jeuk en rode uitslag krijgt en verward is, gevolgd door KR zonder temperatuursstijging (temp. 36,6 ºC) en tevens tensiedaling (134/62 => 64/39), saturatiedaling (O2 96% => 82%) en polsdaling (109 => 84). De reactie is succesvol behandeld met clemastine en prednison.

Als bijzonderheid bij deze reactie moet vermeld worden dat uit de kweken van het drainbloed 1x Staphylococcus warneri is gekweekt. Het wordt echter niet waarschijnlijk geacht dat deze bacteriesoort de reactie zou hebben veroorzaakt. Deze patiënte kreeg postoperatief morfine spinaal toegediend. Als oorzaak voor de reactie wordt dit ook als onwaarschijnlijk beoordeeld.

Deze meldingen tonen aan dat een ernstige reactie bij toediening van autoloog drainbloed in de praktijk ook overwogen moet worden. Daarom is het belangrijk dat ook deze meldingen geregistreerd worden bij TRIP, zie hiervoor ook de Notitie Bloedbesparende Technieken (bij hemovigilantie onder formulieren).