februari 2009

In aansluiting op de onderwerpen van ons werkcollege van 28 januari j.l. een incident, waarbij een vertraagde hemolytische transfusiereactie gemist zou kunnen zijn, omdat de patiënt niet werd vervolgd.

Een 79 jarige patiënt krijgt in verband met een bloeding tijdens operatie om 10.00 uur een erytrocytenconcentraat toegediend. Bij het kruisen en reserveren van de eenheid 1 dag tevoren, is door de analist gemist dat de IAGT nog in behandeling was bij een laboratorium buiten het ziekenhuis. Hier is niet volgens het laboratoriumprotocol gehandeld.

Bij het aanvragen van een volgende eenheid erytrocytenconcentraat om 12.30 uur wordt een positieve kruisproef gevonden en komt aan het licht dat patiënt een anti-s heeft.

Er is een verkeerd bloedproduct toegediend, want de om 10.00 uur toegediende eenheid was positief voor het s-antigeen.

Bij de patiënt worden op dat moment geen klinische verschijnselen van een transfusiereactie geconstateerd. Om 15.00 uur worden haptoglobine, LDH en bilirubine bepaald. Het haptoglobine is laag normaal, de LDH en bilirubine niet afwijkend. De volgende dag wordt alleen de directe antiglobulinetest herhaald: deze is negatief. De patiënt wordt niet verder gevolgd.

Bij deze patiënt blijft het de vraag of er niet een vertraagde hemolytische transfusiereactie is opgetreden. Uit het feit dat bij aanwezigheid van allo anti-s een s-positieve transfusie is toegediend, zou hemolyse te verwachten zijn. Een negatieve directe antiglobulinetest is onvoldoende om hemolyse uit te sluiten. Het verdient aanbeveling om een dergelijk transfusie-incident langer te vervolgen en ook op een later tijdstip de hemolyseparameters en het Hb te controleren.